De drie belangrijkste onderdelen van elk automatisch sproeiersysteem zijn het besturingssysteem, de regelkleppen voor elk station en de sproeiers.
Het besturingssysteem is het brein van het hele systeem, dat de regelkleppen vertelt wanneer en hoe lang zij water moeten toevoeren naar de sproeiers. De sproeiers richten en regelen de waterstraal naar het gazon en de planten.
Elke klep regelt een specifieke groep sproeiers die het beregeningsstation wordt genoemd. De stations zijn gewoonlijk opgesteld en geïnstalleerd in overeenstemming met het beplantingstype dat moet worden beregend, de locatie van de beplanting in de groenomgeving en de hoeveelheid water die kan worden toegevoerd. Elke klep is verbonden met een genummerde aansluiting in het besturingssysteem en deze wordt aangeduid als Station 1, Station 2, enz.
Het besturingssysteem stelt achtereenvolgens telkens één klep in werking. Dat wil zeggen dat een station een volledige afgiftecyclus doorloopt voordat het volgende station in werking wordt gesteld. Dit wordt een beregeningscyclus genoemd. De gegevens die opgeslagen zijn in het geheugen van het besturingssysteem en die bepalen wanneer en hoe lang de stations zullen beregenen, worden een programma genoemd.
Een beregeningsprogramma heeft drie basisopdrachten nodig om automatisch te werken:
In veel tuinen staan planten met verschillende beregeningsbehoeften (d.w.z. gazon dat dagelijks moet worden beregend, struiken die slechts om de twee dagen moeten worden bergend, enz.). Daarom kunnen gazonstations worden toegewezen aan een ander programma dan de heesters. Met één programmatimer zouden alle stations op dezelfde dagen moeten beregenen.
Neen. Het water loopt weg via de laagste kop totdat de buis leeg is. Als er water blijft sijpelen, ligt het probleem bij de klep die deze sproeiergroep regelt. Het kan om een simpel probleem gaan zoals een stukje rommel in de klep. Waarschuwing: Sluit de watertoevoer af voordat u de klep demonteert.
Waarschijnlijk niet, maar trek voor alle zekerheid het elektriciteitssnoer uit het stopcontact en haal de stroom van het besturingssysteem. Als er water uit de sproeiers blijft komen, zijn er problemen met de regelklep van de groep. Als er geen water meer uit de sproeiers komt, is het besturingssysteem defect. Controleer nogmaals de programmering.